treat
(n)
(present)
|
cadeau
(n)
(n)
(present)
|
treat
(n)
(present)
|
traktatie
(f)
(n)
(present)
|
treat
(v)
(subject)
|
behandelen
(v)
(subject)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
behandeld
behandelen
behandelt
behandelde
behandelden
|
treat
(v)
(present)
|
trakteren
(v)
(present)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
getrakteerd
trakteert
trakteren
trakteerde
trakteerden
|
treat
(v)
(objects)
|
behandelen
(v)
(objects)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
behandeld
behandelen
behandelt
behandelde
behandelden
|
treat
(v)
(technical)
|
behandelen
(v)
(technical)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
behandeld
behandelen
behandelt
behandelde
behandelden
|
treat
(v)
(technical)
|
bewerken
(n)
(v)
(technical)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
bewerkt
bewerken
bewerkt
bewerkte
bewerkten
|
treat
(v)
(behavior)
|
behandelen
(v)
(behavior)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
behandeld
behandelen
behandelt
behandelde
behandelden
|
treat
(v)
(people)
|
behandelen
(v)
(people)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
behandeld
behandelen
behandelt
behandelde
behandelden
|
treat
(v)
(invitation)
|
trakteren
(v)
(invitation)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
getrakteerd
trakteert
trakteren
trakteerde
trakteerden
|
treat
(v)
(behavior)
|
bejegenen
(v)
(behavior)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
bejegend
bejegent
bejegenen
bejegende
bejegenden
|
treat
(v)
(food)
|
behandelen
(v)
(food)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
behandeld
behandelen
behandelt
behandelde
behandelden
|
treat
(v)
(people)
|
omgaan met
(v)
(people)
|
treat
(v)
(medicine)
|
behandelen
(v)
(medicine)
|
treated
treat
treat
treated
treated
treat
|
behandeld
behandelen
behandelt
behandelde
behandelden
|