Snap — translation English Dutch. Translate Snap into Dutch

snap (n) (photography)	kiekje (n) (n) (photography)
snap (n) (photography)	momentopname (m) (n) (photography)
snap (n) (clothing)	drukknoopje (n) (n) (clothing)
snap (n) (sound)	knap (m) (n) (sound)
snap (n) (clothing)	drukknoop (m) (n) (clothing)
snap (n) (sound)	klap (m) (n) (sound)
snap (v) (door)	dichtslaan (v) (door)
snapped snap snap snapped snapped snap	dichtgeslagen slaan dicht slaat dicht sloeg dicht sloegen dicht
snap (v) (break)	knakken (v) (break)
snapped snap snap snapped snapped snap	geknakt knakken knakt knakten knakte
snap (v) (door)	dichtklappen (v) (door)
snapped snap snap snapped snapped snap	dichtgeklapt klapt dicht klappen dicht klapten dicht klapte dicht
snap (v) (words)	happen (v) (words)
snapped snap snap snapped snapped snap	gehapt hapt happen hapte hapten
snap (v) (break)	knappen (v) (break)
snapped snap snap snapped snapped snap	geknapt knappen knapt knapten knapte
snap (v) (words)	snauwen (v) (words)
snapped snap snap snapped snapped snap	gesnauwd snauwen snauwt snauwden snauwde
snap (v) (door)	toeklappen (v) (door)
snapped snap snap snapped snapped snap	toegeklapt klapt toe klappen toe klapten toe klapte toe
snap (o) (assignment)	kinderspel (o) (assignment)
snap (o) (assignment)	een makkie (o) (assignment)

Snap examples10 examples found

Translate Snap into other languages

Snap — English Dutch translation15 translations found