proceed (v) (action) | verder gaan (v) (action) |
proceed (v) (begin) | te werk gaan (v) (begin) |
proceed (v) (movement) | gaan (v) (movement) |
proceed (v) (movement) | zich begeven (v) (movement) |
proceed (v) (begin) | handelen (v) (begin) |
proceed (v) (movement) | zich bewegen (v) (movement) |
proceed from | voortkomen uit |
proceed from | komen van |
proceed from | voortvloeien uit |
proceed with | doorgaan met |
proceed with | voortzetten |