exclude (v) (general) | uitsluiten (v) (general) |
exclude (v) (person) | uitsluiten (v) (person) |
exclude (v) (general) | uitzonderen (v) (general) |
exclude (v) (possibility) | uitsluiten (v) (possibility) |
exclude (v) (possibility) | elimineren (v) (possibility) |
exclude (v) (person) | buitensluiten (v) (person) |
exclude (v) (general) | een uitzondering maken voor (v) (general) |
exclude (v) (general) | buitensluiten (v) (general) |