en
es
pt
nl
de
fr
it
sv
pl
cs
lang
db
Duo
— English Dutch translation
1 translation found
duo
(n)
(music)
duet
(n)
(n)
(music)
Duo
examples
61 example found
I do declare
nu nog mooier
I do declare
asjemenou
I do declare
wel heb je ooit
do
optreden
do
handelen
do
doen
do
doen
do
dienen
do
maken
do away with
afschaffen
do away with
opheffen
do away with
opdoeken
do away with
opdoeken
do away with
sluiten
do good
opknappen
do good
opfleuren
do good
opkikkeren
do gymnastics
gymnastiek beoefenen
do gymnastics
gymmen
do gymnastics
turnen
do over
opknappen
do overtime
overuren maken
do overtime
overwerken
do teamwork
werken als een team
do teamwork
teamwork doen
do teamwork
werken in groepsverband
do the dishes
afwassen
do the dishes
de vaat doen
do tricks
goocheltrucs uithalen
do tricks
goochelen
do up
dichtsnoeren
do up
dichtknopen
do without
afzien van
do without
het zonder stellen
do worship
een mis bijwonen
do worship
een eredienst bijwonen
do worship
naar de kerk gaan
do wrong
misdoen
do wrong
zonde begaan
do wrong
zondigen
do-gooder
naïeve weldoenster
do-gooder
naïeve weldoener
do-gooder
goede ziel
do-gooder
goede ziel
do-it-yourself
knutselen
hasten to do
zich haasten om
make do
toekomen
make do
zich uit de slag trekken
make do
rondkomen
make do
zich redden
make do
zich behelpen
make do
zich behelpen
not do
niet doen
well-to-do
rijke mensen
well-to-do
welgestelden
well-to-do
bemiddelden
well-to-do
rijkelui
well-to-do
rijken
well-to-do
rijk
well-to-do
bemiddeld
well-to-do
welgesteld
Translate
Duo
into other languages
—
Translate duo into German
—
Translate duo into French
—
Translate duo into Italian
—
Translate duo into Spanish
—
Translate duo into Portuguese
—
Translate duo into Slovenian
—
Translate duo into Polish
—
Translate duo into Czech