Demand — English Dutch translation16 translations found

demand (n) (economics) vraag (n) (economics)
demand (n) (claim) claim (m) (n) (claim)
demand (n) (claim) eis (m) (n) (claim)
demand (n) (claim) aanspraak (m) (n) (claim)
demand (n) (general) vordering (f) (n) (general)
demand (n) (claim) vordering (f) (n) (claim)
demand (n) (general) eis (m) (n) (general)
demand (v) (necessity) verlangen (n) (v) (necessity)
demand (v) (necessity) vergen (v) (necessity)
demand (v) (necessity) vereisen (v) (necessity)
demand (v) (necessity) vragen (v) (necessity)
demand (v) (claim) aanspraak maken op (v) (claim)
demand (v) (claim) vorderen (v) (claim)
demand (v) (claim) eisen (v) (claim)
demand (v) (claim) opeisen (v) (claim)
demand (v) (necessity) eisen (v) (necessity)
Demand examples18 examples found
be in great demand veel gevraagd worden
be in great demand veel vraag zijn naar
be in great demand goed verkopen
be in great demand veel aftrek vinden
be in great demand erg in trek zijn
be in little demand niet goed verkopen
be in little demand weinig gevraagd worden
be in little demand weinig vraag zijn naar
be in little demand weinig aftrek vinden
be in poor demand niet goed verkopen
be in poor demand weinig gevraagd worden
be in poor demand weinig vraag zijn naar
be in poor demand weinig aftrek vinden
not be in demand geen vraag zijn naar
not be in demand niet verkopen
not be in demand geen aftrek vinden
supply and demand vraag en aanbod
supply and demand vraag
Translate Demand into other languages
Translate demand into German
Translate demand into French
Translate demand into Italian
Translate demand into Spanish
Translate demand into Portuguese
Translate demand into Slovenian
Translate demand into Polish
Translate demand into Czech