consume
(v)
(general)
|
verbruiken
(v)
(general)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
verbruikt
verbruikt
verbruiken
verbruikte
verbruikten
|
consume
(v)
(use up)
|
opmaken
(v)
(use up)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
opgemaakt
maken op
maakt op
maakte op
maakten op
|
consume
(v)
(use up)
|
verbruiken
(v)
(use up)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
verbruikt
verbruikt
verbruiken
verbruikte
verbruikten
|
consume
(v)
(gasoline)
|
gebruiken
(v)
(gasoline)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
gebruikt
gebruiken
gebruikt
gebruikte
gebruikten
|
consume
(v)
(money)
|
verkwanselen
(v)
(money)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
verkwanseld
verkwanselt
verkwanselen
verkwanselde
verkwanselden
|
consume
(v)
(use up)
|
opgebruiken
(v)
(use up)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
opgebruikt
gebruiken op
gebruikt op
gebruikten op
gebruikte op
|
consume
(v)
(money)
|
verspillen
(v)
(money)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
verspild
verspillen
verspilt
verspilden
verspilde
|
consume
(v)
(use up)
|
uitputten
(v)
(use up)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
uitgeput
putten uit
put uit
putten uit
putte uit
|
consume
(v)
(gasoline)
|
verbruiken
(v)
(gasoline)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
verbruikt
verbruikt
verbruiken
verbruikte
verbruikten
|
consume
(v)
(money)
|
verkwisten
(v)
(money)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
verkwist
verkwist
verkwisten
verkwistte
verkwistten
|
consume
(v)
(material)
|
gebruiken
(v)
(material)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
gebruikt
gebruiken
gebruikt
gebruikte
gebruikten
|
consume
(v)
(money)
|
verbrassen
(v)
(money)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
verbrast
verbrassen
verbrast
verbrasten
verbraste
|
consume
(v)
(material)
|
verbruiken
(v)
(material)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
verbruikt
verbruikt
verbruiken
verbruikte
verbruikten
|
consume
(v)
(money)
|
opmaken
(v)
(money)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
opgemaakt
maken op
maakt op
maakte op
maakten op
|
consume
(v)
(general)
|
consumeren
(v)
(general)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
geconsumeerd
consumeren
consumeert
consumeerde
consumeerden
|
consume
(v)
(money)
|
verbeuzelen
(v)
(money)
|
consumed
consume
consume
consumed
consumed
consume
|
verbeuzeld
verbeuzelen
verbeuzelt
verbeuzelde
verbeuzelden
|